Zoals ieder jaar kriebelde het om weer mee te doen aan Prijs de Poëzie. Dit jaar duurde het lang voor ik zover was om iets in te zenden. Het was een roerig jaar, alweer een emotionele uitputtingsslag met hoge ups en diepe downs. Met de laatste verhuisdozen achter me, letterlijk, kwam de kriebel vanochtend tot uiting in een gedicht waar ik tevreden over ben. Bij Prijs de Poëzie kun je na indienen nog tot de sluitingstijd je gedicht verbeteren. Op Facebook is de gezelligheid groot rond de wedstrijd. We ruilen gedichten na de eerste ronde, we geven elkaar feedback, we drinken virtuele helaas-maar-niet-door-drankjes of vieren juist dat we de volgende ronde hebben gehaald. We feliciteren en troosten elkaar.
Mijn tips voor het schrijven van een gedicht voor Prijs de Poëzie: schrijf eerst wat je kwijt wilt, waar je nu en hier sterk voor voelt en ga dan na welke ideeën je in een beeld kunt vangen die zeer persoonlijk en precies maar ook niet al eerder gehoord is. Wees niet bang voor merkwaardige associaties. Vergeet klank en de adem van de zin niet. Schrap overbodige zinnen of zwakke zinnen en vervang ze door een onthullende zin.